Globale reisplanning

Wij, de familie Keijser, hebben van 2010 tot 2011 met onze catamaran SeaMotions, voor een jaar een ' rondje Atlantic' gevaren. We koesteren onze herinneringen in ons dit digitale "book of memories". Daarna ben ik doorgegaan met het zo nu en dan vastleggen van het wel en wee van ons leven op land.







maandag 27 februari 2012

De lente is in aantocht! De komst van de lente wordt aangekondigd door de specht die we sinds een week weer driftig horen tikken tegen de boomstammen in het bos achter ons huis. De merels en ander kwetterend vliegend gevogelte luiden de dagen weer in met ochtendgezang. De sneeuwklokken en krokussen schieten de grond uit. Aan de boomtakken ontspruiten voorzichtig de eerste uitlopers. Het duingebied begint te kleuren na een periode van overheersend grauw grijs. Het is licht buiten als ’s ochtends ons wekkertje gaat en licht als we ’s avonds aan tafel gaat. De dagen lengen, heerlijk!! Laat de temperatuur maar stijgen, laat de zon maar schijnen, laat de bomen en planten maar groeien en bloeien. We gaan vol goede moed op weg naar Rokjesdag! 

Hoewel, de eerste blote hardloopbenen spot ik zaterdagochtend al in de duinen van Egmond. Terwijl ik nog lang-gebroekt en met windjas door de duinen stamp. Maar dat heeft ook een reden: “warmte-training” op weg naar de halve marathon van Madrid op 1 april. En dat is geen 1 april grap! Als door de winter gekoelde Noord-Europeaan zal het 1 april heel warm aanvoelen als ik dan 21km ga weghollen bij 18-20 graden … Om het hart alvast te trainen harder te werken om het lijf te koelen, kleed ik me de komende weken bewust té warm als ik mijn duurlopen en intervaltrainingen afwerk.
Op zaterdag doe ik mee met de intervaltraining van de Duinlopers in het Egmondse duingebied. En op zondag stamp ik met het zondagochtendgroepje vanuit Bergen via de mulle zandpaden door de “de duinen van Six” naar de kust om via een prachtig breed strand pittig door te lopen naar Bergen aan Zee en vervolgens de laatste km’s over het verharde pad naar het PWN-parkeerterrein nabij De Franschman af te leggen.
Dichterbij huis ontdek ik eerder deze week hardlopend het Monnikenpad. Het pad stamt uit de 11e eeuw toen de monniken, behorend bij de Egmonder abdij van waar uit Adelbertus en Willibrordus  (bekende historische figuren in deze contreien) het christendom predikten, druk waren met het ontginnen van moerasgronden, het aanleggen van dijken en het graven van sloten en vaarten. Aldus, het Monnikenpad voert mij hardlopend langs een vaartje, over een grasdijk, door de met rijp bedekte weilanden en hier een daar een hek waar overheen geklommen moet worden. Om uiteindelijk uit te komen bij de Egmonder Abdij. Via de Zomerdijk, ook aangelegd door de monniken, en de Zeeweg hol ik terug naar huis. Een leuk, nieuw hardlooprondje en weer dik 10km op de teller erbij.
Op het sportieve vlak presteer ik deze week nog meer. Want er wordt er serieus getennist. Op donderdagavond hebben Anja en ik een inhaalwedstrijd in het kader van de interne vrijdagavondwintercompetitie (wat een punten zou dat opleveren bij WordFeud). Het waait een dikke windkracht 5 en de luchtvochtigheid haalt met gemak 90%; het regent nog nét niet. De tegenpartij heeft duidelijk een betere tennistechniek, maar wil té graag té vaak té hard serveren en retourneren. En met een dikke windkracht 5 betekent dat nogal eens “uit”, over de lijn. Wij nutten ons gebrek aan hard kunnen (willen) slaan ten volle uit en spelen op safe. Dat levert op, want al snel staan we een paar games voor. En die voorsprong geven we niet meer weg. Na 5 kwartier tennissen (punten worden doorgeteld i.p.v. het spelen van 3 sets – of meer) kunnen we 11-7 noteren, in ons voordeel. YEEHAA.

De eerder genoemde uit de grond schietende krokussen luiden ook de Krokusvakantie Regio Noord in. Op donderdag hebben Tico en Sil hun laatste schooldag. Er ligt een week zónder wekker voor ons. Een week zónder geplande activiteiten. Een week zónder noemenswaardige verplichtingen. Een week waarin veel kan en mag …. Hoop ik.

dinsdag 21 februari 2012

Weerzien

Deze maand maar dan exact één jaar geleden zijn we met 2 Franse catamarans onderweg naar de Venezolaanse eilanden. Daar hebben we een geweldige tijd met de Franse families Le Fur (Le Furibard en Galilea).
Op Blanquilla helpen we elkaar voorkomen dat elk van ons met bijboot ge-“washed” wordt (ondersteboven, over de kop gaat) met de dinghy bij het aan/van land gaan met een hoge (brekende) branding. Op Los Roques neemt de jagersdrang van de mannen bijkans obsessieve vormen aan. Gelukkig hebben ook veel plezier bij het met z’n allen opeten van de vangst, wie daar dan ook voor gezorgd heeft. Op Aves beleven we een onvergetelijke avond als we op een klein, verlaten koraalstrand een geweldige bbq aanleggen, als we smullen van de grote kreeften en als we met de dinghy in het stikdonker zónder verlichting “op gevoel” tussen ondieptes en riffen doorvaren. We bevinden ons dan in het een soort van “groot blauw niets”. Ver weg van de bewoonde wereld: op een enkele Venezolaanse visser na geen mensen, geen winkels, geen internet, geen GSM. 

We hebben destijds in bikini en zwembroek -op Bonaire- afscheid genomen van de Le Furs.  En nu, 1 jaar later treft Coos treft hen (en zij hem) “fully dressed": in kostuum resp. in mantelpak in Parijs. Business wise vertrekt Coos nl. vrijdagochtend met de TGV naar Parijs. Aansluitend op de zakelijke afspraak ontmoet hij Natacha & Yves-Marie en Yann & Ann-Valerie en blijft hij bij laatstgenoemden overnachten. Al die nette kleding is het enige gekke aan dit weerzien, want verder voelt het weerzien heel vertrouwd en is er aan gesprekstof geen gebrek. Met Pasen komt Le Furibard naar Heiloo!

Ondertussen beleven Sil en ik een “bootdag”. Oftewel, lopen zo lang als mogelijk in pyama, komen de deur niet uit en vermaken ons met kleuren, knutselen, thee drinken en lekker lunchen. Tico doet ten dele met ons mee; ’s ochtends geeft hij zich eerst 200% bij de Masterclass Badminton (een serie van 10 speciale badmintontrainingen voor getalenteerde jeugd waarvoor hij geselecteerd is). Vanaf de lunch sluit hij zich aan bij onze lazy laid back afternoon en maakt hij een creatieve, kunstige verjaardagstekening voor Opa Jan.
Ik geniet er volop van. Tijdens ons “zeilend reizen” was zo’n easy-does-it dag heel gewoon. Nu ben me enorm bewust dat een dergelijke dag in ons “gewone leven” zeldzaam is vanwege zogenaamd “druk-druk-druk”. Waarom en waarmee in godsnaam??? Alleen het Wordfeuden, WhatsAppen en het voortdurend checken van Nu.nl is haast een dagtaak. Ook ik denk dat ik elk uur, elke 5 minuten moet willen weten of er meer bekend is rondom Prins Pech, alias Prins Friso die, zachtjes uitgedrukt, onfortuinlijk ge”washed” is door een sneeuwlawine in Lech. En als die mediastorm enigszins geluwd is, kondigt Job Cohen aan per direct de politiek te verlaten. Gelukkig voor de media; dan hebben de heren journalisten, Pauw&Witteman, DWDD en alle zogenaamde deskundigen en direct betrokkenen een nieuw bot waar ze zich in vast kunnen bijten.
Maar ik wil het niet allemaal weten. Het vervuilt en verstopt de vrije ruimte in mijn hoofd. En een mens heeft vrije ruimte op de harde schijf nodig om te reflecteren, te fantaseren, te creëren.

Enfin, op deze zaterdag in en om de mand, wordt onze creativiteit geprikkeld en knutselen Sil en ik heel kneuterig een Tour de France-doos voor jarige Opa Jan in elkaar. Aan het einde van de middag hijsen we ons tenslotte in de kleren en zetten we voet in de werkelijke wereld. We rijden met mijn koets naar Amsterdam om Coos weer op te halen van het treinstation en tuffen vervolgens door naar mijn ouders voor een gezellig familie-etentje in het lokale pannenkoekenhuis.

Niet alleen ik heb vrije ruimte op de harde schijf nodig. De mannen in ons gezin ook, ook al zijn ze zich niet altijd bewust van deze behoefte. In het drukke leven van een 12- resp. 7-jarige is “lummeltijd” zeer belangrijk. Ervaren dat de tijd niet ingevuld wordt door geplande activiteiten of beeldvullende prikkels. Zelf bedenken wat je zou kunnen gaan doen, je mee laten nemen door je fantasie: tekenen, knutselen, lezen of op de piano te pingelen. Of zélf besluiten even helemaal niets te doen… Best lastig hoor, voor kind en ouder.

Een meer volwassen, mannelijke manier om ruimte te maken op de harde schijf is hout hakken. Dat is waar Coos zich op de zonnige zondag aan over geeft: hij zaagt, hakt en klooft dat het een lieve lust is. Ik beschouw het geheel, als ik even niet aan het lezen ben, in het zonnetje gezeten, vanuit mijn luie stoel. Dit is een goed weekend! Op naar een nieuwe week.

dinsdag 14 februari 2012

Nachtelijke zieleroerselen

In het landleven is het volstrekt vanzelfsprekend om een nacht aaneengesloten door te slapen en jezelf niets af te vragen. Incidenteel nachtelijk gepieker daargelaten vallen wij elke avond in een comatueuze slaap om halverwege de nacht even wakker te worden om de blaas te legen. Het huis beweegt niet, raakt niet van zijn anker en heeft ook geen last van een plotselinge omslag in het weer. Op reis was dat anders. Elke nacht was ik mij bewust van onze kwetsbaarheid in ons drijvende huis dat soms “veilig” in de haven lag, maar veel vaker in een in meer of mindere mate beschutte ankerbaai met een goede of juist slechte ankerbodem. Of we zeilden door in de nacht. Het begrip “veiligheid” krijgt dan een andere lading.
 
Het weer, de weersverwachting, was op onze reis een belangrijk (het belangrijkste?!) criterium voor een “veilig gevoel”. Naarmate de reis vorderde, raakten we ingetuned in de voorspellende gave van de natuurlijke elementen. De wolken vertelden ons of we stabiel weer hielden, of er wellicht zware regenbuien met mogelijk snoeiharde en/of draaiende winden aankwamen, of er een front of depressie over ons heen zou komen. De witte koppen op de –zich opbouwende- golven of juist het ontbreken daarvan ondersteunden de informatie hoog aan de hemel. Ons intelligente weerstation en dan met name de barometer bevestigde vervolgens vaak onze waarnemingen. Zo heb ik een jaar lang dagelijks de barometerstand bijgehouden, heb ik kleine en grote veranderingen in luchtdruk genoteerd en hebben we de effecten van deze wijzigingen bewust beleefd. Heel simpel kun je stellen dat weinig verandering in barometerstand ook betekent weinig verandering in het weer (en de wind). Deze barometerstanden verifieerden we met de weerkaarten die we via internet of –bij gebrek aan een internetverbinding- via onze kortegolf zender ophaalden. Vooral Coos ontpopte zich als een ware Piet Paulusman en kon in de brei van lijnen, kleuren, pijltjes en afkortingen “lezen” in welke richting de hoge en lage drukgebieden zich zouden gaan verplaatsen, of de isobaren dichtbij elkaar (harde wind) of ver bij elkaar vandaan (geen wind) lagen en uit welke richting de wind dan voor ons zou komen. En, of, wanneer en wat voor weersverandering op korte en langere termijn op stapel stond? Met name voor en tijdens de lange oversteken waren de wolken, de zee, de barometer en de weerkaarten onontbeerlijke hulpmiddelen om lekker en vooral veilig te zeilen.

Naast het weer waren we natuurlijk alert op andere zee-weggebruikers. De grote vaart is goed zichtbaar in de nacht, de recreatieve vaart over het algemeen ook. Maar alles op en in zee dat in het donker geen licht voert is ’s nachts niet of nauwelijks te ontwaren. Zoals dat onverlichte sportvisbootje 5-10 mijl uit de kust van Portugal dat hoogstwaarschijnlijk met illegale activiteiten bezig was toen wij er bijna overheen voeren. Of die slapende walvis die net voor het ochtendgloren wreed gewekt werd door onze stuurboordromp (en ook ik was  in een nano-seconde klaarwakker van deze enorme dreun). Of de vele visvlaggen en kreeftenpotten waar je ’s nachts op goed geluk “over heen” vaart in de hoop dat er geen net of touw in je schroef blijft hangen. Allemaal elementen die van invloed zijn op je gevoel van veiligheid. Geen dag, geen tocht, geen moment hebben we onze veiligheid als vanzelfsprekend aangenomen. Elke dag, elke tocht, elk moment zijn we bewust en alert geweest. Onze basale zintuigen, oren – ogen- neus, stonden elke dag “aan”.
Het is een dunne lijn tussen het gevoel van veiligheid en onveiligheid.  Met nadruk op “gevoel”, want meestal bén je veilig, ís het veilig en is een “gevoel van onveiligheid” vooral een psychische kwestie. En dat laatste zegt vooral iets over jezelf, over je eigen onzekerheden en twijfels. Dan kan “angst” het overnemen van de ratio en als dat gebeurt dan geef je (figuurlijk) het roer uit handen. Ik heb dat meerdere keren ervaren: er was geen onveilige situatie, maar ik voelde mij wel onveilig. Op het moment zelf is dat lastig, vervelend en vermoeiend. Tegelijkertijd is het mooie ervaring omdat je alleen met behulp van je eigen mentale kracht uit zo’n gevoelstoestand kunt komen en daarmee ontdekt hoe sterk je eigenlijk wel bent, over hoeveel veerkracht je wel niet beschikt met als “toetje” het jezelf realiseren hoe mooi zo’n intens leven is. 

Nu, thuis, is een barometerstand een ver-van-mijn-bed gebeuren. Ik ben me niet bewust van depressies, lage- en hogedrukgebieden. Ik houd me niet bezig met korte en lange termijnweersvoorspellingen. Het weer is het weer en heeft nauwelijks invloed op ons dagelijks doen. Ik maak mij geen zorgen om walvissen en visnetten.
Nu, thuis, zijn de zintuigen in een soort “slaaptoestand” geraakt en worden deze nauwelijks getriggerd. OK, nu de sneeuw is gesmolten, ruikt het op sommige plekken buiten, gek genoeg, naar natte hond?!
Nu, thuis, word ik niet of veel minder geconfronteerd met mijzelf. Of moet ik zeggen, zijn er allerlei externe prikkels om in te vluchten als het even “lastig” wordt in mijn kop?! Denk aan retailtherapy ingeval van een baaldag of mijn gedachten uitzetten door televisie te gaan kijken.

Is het ene leven (zeilend reizen) dan mooier, beter, wenselijker dan het andere (het gewone leven)? Ik kan en wil daar niet uit kiezen, want als ik voor het één kies, kies ik niet voor het ander. En beide vormen van “leven” hebben hun waardevolle aspecten. Als je altijd aan het reizen bent, wordt het reizende leven weer het gewone leven.
Als ik nu moet kiezen, kies ik voor “the best of both worlds”: een beetje zeilen en een beetje thuis.

Aan dit alles denk ik (’s nachts) als ik meerdere nachten achtereen meerdere keren per nacht uit mijn bed “moet” voor Sil. Hij is verkouden, zijn neus zit vol snot en hij blaft vooral ’s nachts als een zeehond met een dichtgeknepen keel. Arm kind.

donderdag 9 februari 2012

Koning Winter

Wordt de “horrorwinter” dan toch een feit? Dagelijks wordt het een tikkie kouder en lichte vorst veranderd via matige vorst in strenge vorst. Zelfs in de kustgebieden, waar het doorgaans winterdag een paar graden warmer is dan elders in het land, wijst de thermometer dagen achtereen bij het ochtendgloren een heuse -13 tot -20 aan. Ongekend lage waarden en ik kan me -in mijn Heiloo-bestaan- niet herinneren of het eerder zo koud is geweest. Meteorologen spreken officieel van een “koudegolf”.

Lekker is dat als Tico en ik op vrijdag 3 februari ultravroeg (vóór 8 uur) met muts op en wanten aan op pad gaan om met groep 8 fietsend het Jac P. Thijssen College in Castricum te gaan bezoeken. Halverwege de ochtend vallen de eerste vlokken uit de lucht en tegen de tijd dat wij klaar zijn om de terugtocht aan te vangen, ligt er ,on-Hollands, minstens 10 cm sneeuw. Voor 25 stuks 11-/12-jarigen verhoogt de witte wereld de fietspret: glijdend en slippend trappen we de 7km naar huis de bevroren vingers en tenen op de koop toe nemend en allemaal een witte baard en pruik rijker.

De “koudegolf” zorgt ervoor dat het ijs op de lokale ijsbaan in het bos op zaterdag al dik genoeg is om beschaatst te worden. Toute Heiloo haalt de schaatsen uit het vet. De bejaarde ijsmeesters zijn eveneens uit de mottenballen gehaald en krijgen geen genoeg van het baanvegen achter een omgebouwde grasmaaier. En oh wee, als je per ongeluk voor hun machientje schaatst! Onderwijl gooit de Koek & Zopie nog een ouderwetse langspeelplaat “Alle 13 goed” op de draaitafel. De muzikale klanken van The Cats, George Baker, The Pussycats en Boudewijn de Groot schallen uit de luidsprekers. Het is nostalgie in optima forma. Jong en oud vermaken zich uitstekend; de ijsbaan is een geweldige lokale Meet&Greet.

Tico is beide dagen haast niet van het ijs te krijgen; hij is druk met achter de meisjes aanzitten met hordes oude en nieuwe vrienden. Sil heeft baat bij zijn in de kerstvakantie gevolgde schaatsclinic en gaat soepel over het ijs. De voortdurende vrieskou lijkt alleen mij te deren, want bij alle ijsbaanbezoeken bespeur ik al na krap een uur de eerste bevriezingsverschijnselen bij mijzelf, of ik nu schaats of toekijk. Overdag blijft de temperatuur fors onder nul, variërend tussen de -10 en -3. En de gevoelstemperaturen liggen, ondanks een strakblauwe lucht, door een constante oostenwind nog veel lager.
Niet alleen mijn uitstekende delen (handen, voeten, neus) hebben last van deze schrale kou; ook onze eikenhouten parketvloer heeft ernstig te lijden. Het is buiten en dus ook binnen super droog; de barometer geeft een vochtigheidspercentage van 33% aan ...Dat is echt héél laag. De houten vloer oogt als het dorre, uitgedroogde landschap van een willekeurig Afrikaans land dat lijdt onder ernstige droogte.

Coos rijdt op dinsdagochtend heen en weer naar Andijk om te kijken hoe onze SeaMotions erbij ligt in deze barre omstandigheden. Het is een vreemde gewaarwording om via het ijs de boot te betreden i.p.v. via een Tarzan-actie langs de voorstag. De afsluiters houden zich goed. En de accu's blijven geladen; er ligt geen sneeuw op de zonnepanelen. Al snel na het aanzetten van de Webasto-kachel is het binnen behaaglijk. Het is dat we ingevroren liggen, maar het liefst gooit Coos de trossen los voor een zeiltochtje.









De voortdurende Siberische omstandigheden zorgen voor een heus koortsachtig gevoel in heel Nederland. Is het koud genoeg, blijft het koud genoeg voor een (16e) Elfstedentocht? De rayonhoofden komen bij elkaar. Op maandag is de eerste persconferentie van het Elfstedenbestuur. Hoewel ze geen toezeggingen of voorspellingen doen, lijkt het niet geheel onrealistisch dat een 15e editie, Elfstedentocht 2012, werkelijkheid wordt. Iedere kenner van ijs, weer voorspellen en schaatsen wordt van stal gehaald om zijn/haar ervaringsdeskundige zegje op radio, televisie en social media te doen. De film “de Hel van ‘63” wordt extra geprogrammeerd en speciale Elfsteden-Apps worden versneld ontwikkeld. Heel de wereld kan zodoende de ijsdikte en de ijsaangroei op de gehele Elfstedenroute van minuut tot minuut volgen. Nederland vergeet de diverse crises in eigen land, in Europa en in de wereld. Nederland heeft even geen aandacht voor de uitspraak van de rechter rondom de slepende bestuurscrisis binnen Ajax. Nederland wordt collectief ziek en die ziekte heet Elfstedentocht. Symptomen: verbroedering en gemeenschapsgevoel, welk zich o.a. uit in collectief sneeuwvegen en een tierige handel in hotelbedden, B&B-slaapmogelijkheden en anderszins onbaatzuchtige Friese gastvrijheid. Nederland dompelt zich onder in voorbereidingen en voorpret. Bij een heldere hemel en volle maan blijft het stevig vriezen en lijkt de slagingskans van een Elfstedentocht rond de 75% te liggen.
Maar dan, in de 2e helft van de week keren “onze” de kansen. De wind lijkt op zondag te gaan draaien naar zuidwest en dat betekent hetzelfde als dooi…Oeps, vloeken in een kerk die Elfstedentocht heet.
Een 2e persconferentie volgt op woensdagavond met een ontluisterend, maar realistisch bericht: het gaat niet door …. voorlopig.
Daags hierna vat De Volkskrant de sfeer en de emoties van de afgelopen koortsstuip mooi samen: “de ijsvloer van verwachting werd in een kort moment van teleurstelling gereduceerd tot wat het werkelijk was: een (te) dunne laag bevroren water op de Friese vaarten van nationale hoop.”

Stichting Correlatie, Slachtofferhulp en andersoortige praatgroepen hoeven niet in actie te komen. We blijken een sterk en veerkrachtig volk. Nog geen 12 uur na de 2e persconferentie, na een nachtje slapen, gaat heel Nederland weer over tot de orde van de dag. Het nieuws opent met het aftreden van de Raad van Commissarissen van Ajax. Interim algemeen en interim technisch directeur Sturkenboom resp. Blind dienen hun ontslag in. Van Gaal kan fluiten naar een positie als Ajax-directeur. En daarmee is de nationale verbroedering definitief van de baan en behoort het gemeenschapsgevoel tot het verleden ... voorlopig.